Het wordt stiller en stiller in het riet

Goed, de Rietzangers in de Veerpolder laten zich weer goed zien en horen, maar verder is het redelijk stil in het riet. Niet dat de Bosrietzangers en Kleine Karekieten vertrokken zijn, ze zingen momenteel gewoon nauwelijks. Dat maakt het tellen van die laatste twee dus een stuk lastiger.

Een van de Rietzangers in de Veerpolder.

Kon ik een paar weken terug nog 9 zingende Bosrietzangers tellen in beide polders samen, vandaag waren dat er nog maar 2 en alleen in de Hennepoelpolder. Voor de Kleine Karekieten lagen de cijfers begin juni nog op 13, nu waren dat er nog maar 6.
Ik heb even gezocht of de Rietzanger aan tweede legsels doet, maar kan alleen vinden dat ze dat doen als het eerste mislukt. Wel staat overal dat de zang halverwege juni weer even opleeft. Dat kan in de polders dus bevestigd worden.

De Lepelaars zijn inmiddels terug met hun jongen. De laatste tijd zitten er regelmatig tussen de 10 en 20 in de polders. De meeste zijn te treffen in de Veerpolder, afwisselend midden op de waterplas en tussen de pitruspollen ten westen daarvan. Vanochtend zaten er 2 bij de ingang aan de Houttuynhof. De jongen zijn herkenbaar aan het ontbreken van de gele vlek aan het uiteinde van de snavel en de zwarte rand aan de vleugels.

Twee van de 11 Lepelaars in de Veerpolder.

Er zwemmen nog steeds veel Kuifeend-pullen rond en minimaal 2 uitgekomen Waterhoen-nesten.

Drie Waterhoen-pullen.

Een onverwachte waarneming vanochtend was een Witgat in de Hennepoelpolder. Deze soort wordt voor mijn gevoel steeds vaker en over een grotere periode gezien wordt in de polders.

Lopende de telling kwamen er steeds meer Gierzwaluwen foerageren in de polders.

De Gierzwaluwen komen foerageren boven de polders.