zondag 1 december 2019

Een mistige start

Het was nog een beetje mistig toen ik vanochtend aankwam. Het gaf een mooie sfeer in de polders.

Mist in de Veerpolder.

Op het water lag een dun laagje ijs. Het was genoeg om alle watervogels samen te drijven in de open stukken. De Wintertalingen waren weer met wat meer aanwezig dan vorige week, al waren het er nog niet heel veel (42). Wat altijd opvalt als het mistig en koud is, is dat ze zo schrikkerig zijn. Daar waar ze zich bij mooi weer nauwelijks iets van mij aantrekken, vliegen ze bij dit weer al op redelijk grote afstand allemaal op.

Vanochtend zaten er minimaal 3 Grote Zilverreigers in het gebied. Ik telde er 2 in de Veerpolder en later 3 in de Hennepoelpolder. Omdat ze continu heen en weer aan het vliegen waren, durf ik niet te zeggen dat het er 5 waren. Waarschijnlijker is het dat ze van polder naar polder verplaatst waren.

Een van de Grote Zilverreigers in de Veerpolder, met Nijl-, Grauwe en
Grote Canadese Ganzen.
Het aantal getelde soorten was vanochtend niet zo hoog (17 in de Veerpolder, 18 in de Hennepoelpolder, 23 in totaal). Grote afwezige was de Slobeend.

Roodborst in de Hennepoelpolder.

1 opmerking:

Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.