maandag 19 augustus 2019

Weer terug in de polders

Na een heerlijke wandelvakantie, waarin we een stuk van de GR5 van Thionville in Frankrijk tot aan Ouren in België hebben gelopen en ik me voornamelijk bezig heb gehouden met de wantsen onderweg (waarover later een keer meer), vandaag de eerste telling van augustus gedaan. Er kan een hoop veranderen in 3 weken.

De eerste Watersnippen zijn weer terug in de polders.
Het begon al bij aankomst, toen zo'n 170 Brandganzen vertrokken, nog voordat ik de spullen uit mijn tas had gepakt. Daarmee zijn de Brandganzen al vroeg massaal aanwezig in de polders. Normaal worden deze aantallen pas in september gehaald. Tot nog toe staat het recordaantal op 592 in september vorig jaar. Wie weet wat het dit jaar gaat worden.

De eerste Watersnippen laten zich weer zien na een afwezigheid van een paar maanden, het grootste gat in Watersnip-waarnemingen sinds het begin van de tellingen in 2008. De afwezigheid van fijne slikkantjes zal een verklaring zijn. Ook de Slobeenden en Wintertalingen beginnen weer terug te komen, al zijn die de hele zomer wel met een enkel exemplaar te vinden in de polders. De Waterral laat zich sinds een paar weken ook weer horen.

De Rietzangers en Blauwborsten lijken allemaal vertrokken en ook de meeste Kleine Karekieten zijn weggetrokken. Van die laatste kon ik er nog wel 3 terugvinden, inclusief juvenielen en de komende tijd zal er ook nog wel een enkele Rietzanger langs komen op weg naar het zuiden. De laatste waarnemingen van deze soorten liggen eind september/begin oktober. Het is echter een aflopende zaak voor de trekkende rietvogels. Alleen de Rietgors blijft voor de winter.

Een van de laatste Kleine Karekieten in de Hennepoelpolder. 
Sloot ik voor de vakantie af met een bericht over de vele juvenielen in de polders, na de vakantie is daar niet veel meer van over. Juveniele VisdievenKleine Mantelmeeuwen en Lepelaars bedelden nog bij hun ouders, maar dat was het dan wel zo'n beetje. En er waren nog 2 gezinnen Nijlgans met pullen (1 resp. 3). Die soort heeft een heel langgerekt broedseizoen.

Juveniele Visdief met wit voorhoofd.
Bedelende Kleine Mantelmeeuw.
Bedelende Lepelaar.
Nijlgans met pul.
In de bomen was weinig te beleven. Op een enkele Pimpelmees, een Tjiftjaf en een Heggenmus, kwam er geen geluid uit.

Heggenmus in een wilg.
Het water staat erg hoog in de polders en dat betekent dat er weinig plek is voor steltlopertjes. Een Oeverloper en 2 Witgatjes en dat was het wel weer. Dit jaar heb ik ook nog geen strandlopertjes kunnen scoren en als het water niet zakt zie ik dat ook niet meer gebeuren, ook al omdat strandlopertjes voornamelijk in mei het gebied aandoen.

Witgat in de Veerpolder.
Uiteindelijk viel het aantal soorten dat ik kon scoren me nog mee voor deze altijd rustige periode van het jaar. In de Veerpolder telde ik 23 soorten, in de Hennepoelpolder 19.

Krakeend in de Hennepoelpolder.
Waterhoen in de Hennepoelpolder.
Scholeksters in de Veerpolder.

1 opmerking:

  1. Leuk dat je er weer bent :)! Altijd leuk om te lezen wat ik nu weer allemaal rücksichtslos voorbij ben gelopen in de polders...

    Harm

    BeantwoordenVerwijderen

Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.